Benedictine
BENEDICTINE
Zo'n 500 jaar geleden brouwde de monnik Bernardo Vincelli een gezondheidsdrankje (goed voor de lever) uit 27 planten en kruiden.
Dat bleven de Bénédictijnen nog zo'n 300 jaar doen.
Later, rond 1863, ontdekte de gewiekste handelaar in wijnen en dranken Alexander Le Grand het recept in een bibliotheek en nam het elixer in commerciële productie.
Vanaf het begin liep de verkoop van een leien dakje;
het eerst jaar 28.000 flessen,
tien jaar later 150.000 stuks.
Tegenwoordig is de consumptie - miljoenen liters per jaar - licht gedaald; dat geldt trouwens ook voor cognac en calvados, ten gunste van whisky. Om in de pas te lopen met het huidige smaakpatroon wordt Bénédictine in drie gradaties geleverd:
zoet,
minder zoet en
'droog' door er cognac (Otard) aan toe te voegen en/of minder suiker te gebruiken.
Ingrediënten voor 1 liter
1 gram angelicawortel
1 gram amicabloemen
2 gram bijvoet
1 gram citroenmelisse
2 gram kalmoes
0,25 gram kaneelstok
5 gram kardemom
1 gram koriander
0,25 gram kruidnagel
1 gram lindebloesem
0,25 gram nootmuskaat,
2 gram pepermunt
0.1 gram saffraan
4 blaadjes verveine (citroen-verbena)
15 ml glycerine
250 gram suiker
460 ml alcohol aan 94 %
± 375 ml water, aanvullen tot 1 liter
Bereiding
Doe de fijngemaakte kruiden (vijzel of blender) in een bokaal en voeg de alcohol en het water toe.
Na 14 dagen macereren op een matig warme plaats, filtreren door een papierfilter.
Druk de kruiden licht aan in het filter.
Meet vervolgens het volume en het alcoholgehalte van het filtraat, dit dient 835 ml van bijna 52 % te zijn.
Corrigeer indien nodig.
Hierna voegt u de suiker en de glycerine toe en schudt tot de suiker is opgelost.
De originele bénédictine bevat 350 gram suiker per liter en is dus nog zoeter.
Bent u een zoet-lip dan moet u dit beslist eens uitproberen, de hoeveelheid toe te voegen water wordt ± 315 ml.
De tussentijdse meting van volume en alcoholpercentage voor de suiker en glycerinetoevoeging dient 775 ml van bijna 56 % te zijn.
Bron: home scarlet - telegraaf